maandag, april 09, 2007

Xiphophorus nigrensis.

Xiphophorus nigrensis.



Synoniem : Xiphophorus pygmaes nigrensis Rosen ,1960.

Eerste beschrijving :Rosen,D.E.(1960):Middle-American poeciliid
fishes of the genus Xiphophorus.Bull. Florida
State Mus.,boil.sci.,vol 5 no:pp.57-242.


Naamgeving :Xiphophorus in het Nederlands zwaarddrager.
Uit het Grieks en dit verwijst naar het gonopodium
bij het mannetje.
Niger betekent in het Latijns zwart en ensis betekent zwaard.
Hiermee wordt gewezen naar het zwarte streepje onder het
kleine zwaardje van Xiphophorus nigrensis.
Zwaarddragers vallen onder de groep levendbarende
tandkarpers.
Rio Choy Mexico.

Foto Kees de Jong.
Foto`s beschikbaar gesteld door Kees de Jong.

Verspreiding :Rio Choy;San Luis Potosi Mexico.
Dit zijn rustige schone rivieren Xiphophorus nigrensis houdt
zich vooral op in de bovenste waterlaag van de rivier en vooral
tussen de water planten.
In dit biotoop leven ze samen met X.variatus, Flexipenis vit-
tatus, Poecilia spenops, Herandria jonesi als mede levend-
barende tandkarpers.
Als preditoren komen Cichlasoma en Astyanax samen voor.

Grootte :Mannen 3 tot 6 cm, net als bij Xiphophorus multilineatus
bestaan er twee type mannetjes, een groot en klein type
mannetje.

Hier twee type mannetjes bij Xiphophorus multilineatus.
Dit zelfde komt ook bij Xiphophorus nigrensis voor.


De vrouwtjes worden ongeveer 4 cm groot.

Uiterlijk :Er bestaan net als bij Xiphophorus multilineatus twee type
mannetjes. Het kleinere type mannetje blijft ook iets kleiner dan
het vrouwtje,hij wordt ongeveer 3 cm groot en heeft een heel
klein mini zwaardje. Dit is overigens geen dominante kwestie,
want ook na het overlijden van mijn grotere type mannetje van
Xiphophorus multilineatus werd het kleinere mannetje niet groter.
De grotere mannetjes worden ongeveer 5 cm. en hebben ook een
wat langere zwaard. De mannetjes zijn zeer kleurrijk, de rugvin is
getekend met zwarte puntjes en vanaf deze rugvin verspreidt zich
blauw over de flanken. Aan de onderkant begint het felgeel,het
geen zichtbaar is over de gehele onderhelft van het zwaardje. De
bovenkant daarvan is zwart. Het lichte blauw en felle geel geven
het mannetje een ``lichter’’ aanzicht dan het vrouwtje. De types
worden apart gehouden door verschillende kwekers van dit soort.
De vrouwtjes hebben ongeveer dezelfde maat als de mannetjes ca.
4 cm.
ze zijn lichtgrijs met een zwarte lengtestreep,drachtigheidsvlek en
vrijwel doorzichtige vinnen.
foto onder Xiphophorus multilineatus.
foto boven Xiphophorus nigrensis.
Er is een zeer grote overeenkomst met Xiphophorus multilineatus, doch
deze worden groter en de mannen hebben ca. 8 verticale strepen
waardoor er geen misverstand over mogelijk is.


Verzorging : Ik heb deze soort in het begin dat ik lid was van Poecilia Nederland
ook onder mijn hoede gehad.
Het lukte mij in eerste instantie niet om ze voort te kweken, gelukkig
kon ik ze zomers wel goed buiten houden, en ook voortkweken.
Omdat ze toen heel zeldzaam waren binnen onze vereniging, durfde ik het
toen nog niet aan om ze aan te houden.( dit is echt een vis voor een
ver gevorderde levendbarende houder,kweker).
Dit visje is erg gevoelig voor temperatuur,milieu en voedering en
voor je het weet is dit visje dood.
Gelukkig kon ik enkele exemplaren aan Kees de Jong kwijt, die er
gelukkig wel door zijn ervaring verder mee kon en durfde te kweken.
Nu ik wat gevorderd raak, beginnen ook bij mij de kriebels weer terug te
Komen, en probeer ik in het najaar weer met deze soort verder te gaan.




Kees houdt ze in een speciaal aquarium, met een goed werkend filter
die is voorzien van een flinke doorstroming. In dit aquarium die voorzien
is van zeer veel water planten, heeft hij enkel nog wat algeneters, verder
heeft hij gewoon Phillips tl verlichting. Op de bodem rivierzand, en
hier en daar wat beschutting van bv stenen of pvc buisjes.
Dit visje is heel erg goed zomers buiten te houden, als men hem in
September weer binnen haalt, weet je niet wat je ziet zo een mooie vis,
net of hij zo uit de Rio Choy vandaan komt.



Kweek :Bij een juiste verzorging, werpt het vrouwtje voor een Xiphophorus soort
erg weinig jongen, het maximale aantal is ongeveer 20 maar dit komt maar
zelden voor. Het aantal mannetjes per worp is meestal erg groot, de jongen
groeien erg langzaam en zijn na ongeveer 6 maanden volwassen. Maar
na ongeveer 1,5 jaar zijn ze uitgegroeid tot zeer mooie X.nigrensis man-
netjes.



Voeding : De voeding is erg belangrijk, om dit visje te kunnen behouden en of voort
te kweken. Het voedsel moet echt bestaan uit een zeer groot gedeelte levende
of diepgevroren voeding. De jongen kweekt men het beste op met Artemia,
levende cyclops en infusoriën bv Tropisch infuus. De oudere vissen zijn erg
gesteld op levende muggen larven. Verder wat hoogwaardig droogvoer enz.
Het is het beste om zo een gevarieerd mogelijke maaltijd aan uw vissen te
verschaffen, dit komt het voort kweken en behouden, zeker ten goede.



Noot van de schrijver:
Dit zeer mooie maar toch wel erg moeilijk visje, is echter voorbestemd voor de wat verder gevorderde kweker.
Iemand met veel ervaring die niet zo gauw op geeft als het eens mis zou kunnen gaan.
Verder is het een van de mooiere kleinere zwaarddragers die uit het mooie Mexico vandaan komt.


Literatuur:

L.A. Angus (1989): A Genetic Overview of Poeciliid Fishes. Ecology & Evolution of Livebearing Fishes (Poeciliidae) (): 51-68A.L. Basolo (1995): A further examination of a pre-existing bias favouring a sword in the genus Xiphophorus. Anim. Behav. (50): 365-375G. de Beurs (1956): Onze levendbarende Xiphophorus variatus. Het Aquarium (2): 44-45G. de Beurs (1963): Xiphophorus (Platypoecilus) variatus. Het Aquarium (6): 136-137D. Bork (1991): Aquarienfische und Planzen in Budapester Thermalgewässern. DGLZ-Rundschau (2): 28-30C. Clapsaddle (1983): Observations on cold resistance in livebearers. Livebearers (68): 7-8M. Gordon (1953): The ecological niche of the Pygmy swordtail, Xiphophorus pygmaeus, in the Rio Axtla, Mexico. Copeia (3): 148-150G. Hermann (1968): Beobachtungen bei X. variatus. Aquarien Terrarien (4): 136-136K. de Jong (1990): De papegaaiplaty, Xiphophorus variatus 'Cuantitlan Izcalli'. Poecilia Nieuws (4): 64-66K. de Jong (2003): Op zoek naar zwaarddragers in Mexico 2002. Poecilia Nieuws (4): 54-68K. D. Kallman (1989): Genetic Control of Size at Maturity in Xiphophorus. Ecology & Evolution of Livebearing Fishes (Poeciliidae) (): 163-184S.E. Meek (1904): The fresh water fishes of Mexico north of the Isthmus of Tehuantepec. Field Columbian Museum - Zoology (5): 1-252M.K. Meyer (1983): Xiphophorus-Hybriden aus Nord-Mexiko, mit einer Revision der Taxa X. kosszanderi und X. roseni. Zoologische Abhandlungen, Staatliches Museum furM.K. Meyer (1986): Lebendgebärende Aquarienfische vom Rio Axtla in Mexiko. DATZ (2): 61-64M.K. Meyer (1986): Levendbarende tandkarpers van de Rio Coy in Mexico. TI'H (46): 6-9J. Moar (1997): Xiphophorus maculatus and Xiphophorus variatus. Livebearers (147): 20-23A.F.J.R.B. Sloet tot Everlo (1948): Platypoecilus variatus. Het Aquarium (1): 1-2H. Stallknecht (1968): Ethologie hilft richten. Aquarien Terrarien (6): 204-205L. Wischnath (1996): Wildvormen van het geslacht Xiphophorus deel 3 - platy's. Het Aquarium (1): 7-9L. Wischnath (1996): De kweekvormen van het geslacht Xiphophorus Deel 2. Het Aquarium Poecilia nieuwsblad Februari 2004 blz 22, geschreven door Jan de Moree(6): 155-158



Geschreven en gefotografeerd door Leo van der Meer.

Geen opmerkingen: